Van Tucuman naar Puerto Iguazu
10 februari - 12 februari
10.02.2007 - 14.02.2007
30 °C
Ik zit nu voor de tweede keer hetzelfde verhaal in te tikken. In dit internetcafé heb ik er echter alle vertrouwen in dat de stroom niet uitvalt. Ik zit nu in een erg gezellig internetcafé, versierd met prachtige zelfgemaakte slingers (welkom thuis), diverse leuke kaarten en fleurige bloemen. Het enige ‘nadeel’ is dat ik nu beneden zit en Richard boven, deze scheiding is in de laatste 5 maanden weinig voorgekomen.
Maar goed, dan nu toch nog een stukje verslag. Vanuit Tucuman hebben we een lange reisdag. We vliegen eerst terug naar Buenos Aires, daar stappen we over in een ander vliegtuig naar Posadas, waar we nog een taxi nemen om ons in een uur naar San Ignacio te rijden. We hopen van harte dat dit het laatste taxiritje is waarbij we ons hart weer moeten vasthouden. De snelheid is weer erg hoog en inhalen voor heuvels of bochten blijkt gewoon mogelijk.
San Ignacio is een klein dorp dat op zich niet veel voorstelt, maar het is bekend vanwege de ruïnes van San Ignacio Mini. Dit is de best bewaarde en de grootste jezuïetenmissie van Argentinië. In dit gebied bevinden zich verschillende jezuïetenmissies; nederzettingen van tot het christendom bekeerde indianen. Rond 1600 vond er een ingrijpende verandering plaats in de onderdrukking van de indianen. De Jezuïetengemeenschap kreeg de rol als bestuurder van de missies waar de vreedzaam bekeerde indianen werden ondergebracht. De missie in San Ignacio was een echt dorp, met een klooster, kerk, werkplaatsen e.d.
Na onze aankomst in San Ignacio brengen we een bezoek aan de ruines. Deze zijn nog zo goed bewaard dat we gemakkelijk een beeld kunnen vormen van hoe de missie er rond 1600 uit moet hebben gezien. De omgeving is prachtig met rondom een dicht woud dat doet denken aan de jungle, mede omdat hier ook ineens weer meerdere muggen zitten. Bovendien is het hier ook ineens heel erg vochtig warm. We hebben de hele reis nog niet zo hoeven zweten (als we niets doen) als hier in San Ignacio.
Als we terug lopen naar ons hotel zien we langs de weg een bord waarop wordt aangekondigd dat San Ignacio vanavond carnaval viert. We verwachten er niet veel van, maar aangezien er verder ook niets te doen is, kopen we 2 kaartjes voor een bezoek aan de parade. Het is onduidelijk hoe laat het begint, maar volgens de dame van ons hotel start het rond 22:00 uur. We zitten om 21:00 uur, als enige, op een terrasje langs het dans-parcours waar we een pizza willen bestellen. Terwijl we net zitten valt echter de stroom uit, het is ineens aardedonker. We moeten dus ook nog even wachten op onze pizza. Als na een uur de lampen weer aangaan, krijgen we ook binnen 10 minuten een pizza. Dat is vreemd, we hadden namelijk nog helemaal geen kaart gezien en dus ook nog geen pizza uitgezocht. Maar bij nader inzien blijkt dat niet zo vreemd, het ‘restaurant’ heeft slechts één soort diepvriespizza’s. Het smaakt nergens naar, maar het vult.
Rond 22:30 wordt het langzaam iets drukker, maar er gebeurt nog weinig. Om 23:00 zijn we het wachten wel zat, maar het wordt toch nog steeds drukker, dus we houden nog even vol. We zien ook steeds meer mensen lopen met spuitbussen met schuim. Blijkbaar vinden ze het hier leuk om elkaar met schuim ‘nat’ te spuiten. Ook wij krijgen af en toe wat schuim over ons heen. Om 23:30 uur gaan eindelijk de hekken open. Er verschijnt een groepje danseressen, variërend in leeftijd van 4 tot 30 jaar, in prachtige glinsterende bikini’s en veren op hun hoofd. Daarachter loopt een groep jongens die muziek maken, met vooral veel trommels. Daarna gaan de hekken weer dicht. Na 10 minuten gaan de hekken opnieuw open en komen er weer 2 groepen; eerst danseressen en dan weer de muzikanten, nu ook nog gevolgd door een versierde wagen met Prinses Carnaval. Waarschijnlijk zijn het telkens groepen per wijk of per dansschool. Wij zien zo ongeveer 8 verschillende groepen voorbij komen en zijn verbaasd waar al deze mensen vandaan komen. En dan te bedenken dat het eind nog niet in zicht is. Vooral de danseressen zien er erg mooi uit, bovendien kunnen ze, in onze ogen, erg goed dansen. Toch gaan wij om 1:30 uur als één van de eersten naar bed. Wij moeten morgen weer vroeg op om de bus van 8:00 uur naar Puerto Iguazu te halen. We horen echter dat de muziek nog tot diep in de nacht doorgaat.
Wij staan dus inderdaad de volgende dag om 8:00 uur bij de bushalte voor een rit van 6 uur naar Puerto Iguazu. We gaan hier naar de watervallen van Iguazu. Iguazo betekent ‘groot water’ in Indianentaal. Dit is geen slechte naam als je bedenkt dat over een afstand van 2,5 km 275 watervallen naar beneden storten, variërend van smalle slierten tot brede stromen water. Met een hoogte van 72 meter zijn ze zelfs hoger dan de Niagara watervallen (47 m). Daarbij geldt dat de watervallen van Iguazu rondom omgeven zijn door een prachtige jungle. Dit betekent dat je als bezoeker via verschillende wandelpaden door de jungle langs de verschillende watervallen kunt wandelen. Tenslotte geldt nog dat de watervallen voor twee derde in Argentinië liggen en voor een derde in Brazilië en grenst het ook nog eens aan Paraguay.
De eerste middag bezoeken wij de watervallen aan de Braziliaanse zijde. Hier maken we een mooie wandeling door de jungle die eindigt op een voetgangersbrug onder aan de watervallen, midden in de zogenaamde duivelskloof. Het water klettert met een enorm geweld naar beneden, waardoor er veel water opstuift en wij behoorlijk nat worden. We krijgen deze middag al een goed beeld van de watervallen. Volgens de boeken is het panorama aan de Braziliaanse kant ook het best. Op onze wandeling terug zien we meerdere coati’s, dit zijn neusberen die hier in het wild leven. Later blijkt dat we deze coati's hier nog veel gaan zien en dat ze wat aandacht, en vooral eten, van mensen wel leuk vinden.
De volgende dag brengen we een bezoek aan de Argentijnse zijde van de watervallen. Aan deze kant is het mogelijk om nog meer wandelingen te maken, zowel onderlangs als bovenlangs. Wij maken alle mogelijke wandelingen en zien naast héél veel water ook nog prachtige vlinders, neusberen, 2 apen en een krokodil.
Aan het eind van de dag hebben we ook nog tijd om van het prachtige zwembad van ons hotel te genieten. Wij slapen hier in stijl met een zwembad met een eigen waterval. Wat wil je nog meer? De laatste dag gaan we nog één keer naar de watervallen om nog een mooie wandeling door de jungle te maken. Dit keer naar een kleine waterval die door slechts weinig toeristen wordt bezocht en waar we dus vooral lekker rustig kunnen lopen.
De ruïnes van San Ignacio Mini
Carnaval in San Ignacio
De watervallen van Iguazu aan de Braziliaanse zijde.
De coati's bij de watervallen.
De watervallen van Iguazu aan de Argentijnse zijde.
Een mooie vlinder waarvan je er vele zag.
Ons zwembadje met eigen waterval.
Posted by anje 12:22 Archived in Argentina Tagged tourist_sites Comments (0)